Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Niet kwantificeerbare risico’s

De top 10 geïnventariseerde niet kwantificeerbare risico's worden verantwoord in deze paragraaf.

1. Ontwikkelingen arbeidsmarkt

Omschrijving risico
De krapte op de arbeidsmarkt is onveranderd. Het risico hierin is dat we als gemeente niet altijd voldoende kwantitatief en kwalitatief personeel kunnen werven en ook behouden voor onze organisatie. Hierdoor is de kans aanwezig dat beleid niet uitgevoerd kan worden en de gestelde doelen niet worden behaald.
Het werven van personeel vraagt veel tijd en aandacht. De verwachting is dat deze trend zich onverminderd doorzet. Vacatures op alle vakgebieden zijn moeilijk vervulbaar. Er was en is een te kort aan medewerkers in iedere branche. Hierdoor huren wij als gemeente Noordoostpolder (in vergelijking met andere gemeenten) gemiddeld meer personeel in. Dit brengt naast extra kosten ook andere risico's met zich mee: zoals de continuïteit van bedrijfsprocessen en het wegvallen van kennis als de inhuur de organisatie weer verlaat.
In de paragraaf bedrijfsvoering onderdeel Human Resources wordt aangegeven hoe wij als organisatie hierop zo goed mogelijk inspelen.
Daarnaast kijken we kritisch naar de taken die we als gemeente uitvoeren. Moet het nu, kan het later of betekent het dat we externen inhuren totdat een vacature is ingevuld of bijvoorbeeld omdat een vraagstuk om specialistische kennis vraagt. Dit leidt tot extra personele kosten. We blijven daarom kritisch op inzet van externen en kosten die dit met zich meebrengt.

Oorzaak risico
De krapte op de arbeidsmarkt is onveranderd.

Mogelijk gevolg
[1] Schade door aantasting van de arbeidscapaciteit en kwaliteit van arbeid door het niet kunnen werven en behouden van personeel.
[2] Extra financiële middelen nodig voor werven van medewerkers en inhuur van externen.
[3] Werkdruk neemt toe, wat kan leiden tot extra uitval (ziekte).
[4] Nieuw beleid kan niet worden uitgevoerd, vanwege geen beschikbare capaciteit.
[5] Kennisverlies, door personeel wat uit dienst treedt.

Beheersmaatregel
Zie hiervoor de paragraaf bedrijfsvoering, onderdeel HR van de begroting.

2. Klimaat

Omschrijving risico
Ons klimaat verandert. Dit heeft direct effect op onze samenleving, leefomgeving, infrastructuur, bouwnormen etc. De klimaatverandering vraagt om aanpassingen die niet altijd zijn ingecalculeerd. Dit kan betekenen dat bij nieuwe ontwikkelingen hogere kosten moeten worden gemaakt, of dat er kosten ontstaan door schade die ontstaat door klimaatverandering.

Oorzaak risico
Impact van klimaatverandering op onze samenleving, leefomgeving, infrastructuur, bouwnormen etc.

Mogelijk gevolg
Als we onvoldoende of te laat rekening houden met klimaatverandering, kan dit leiden tot schade en hogere maatschappelijke kosten. Bovendien verwacht de samenleving dat de overheid hierin verantwoordelijkheid neemt. Gebeurt dit niet, dan kan dat leiden tot imagoschade. De toenemende extremen in het weer vragen om aanpassing van gemeentelijke protocollen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan langdurige periodes van droogte en hitte, extreme neerslag in korte tijd en zware stormen die extra veiligheidsmaatregelen vereisen
Door tijdig te anticiperen en ons beleid hierop aan te passen, beperken we risico’s en blijven we als overheid betrouwbaar en weerbaar.

Beheersmaatregel
Wereldwijd (Akkoord van Parijs) en nationaal (Klimaatwet) worden maatregelen genomen om klimaatverandering tegen te gaan. Ook wij dragen hieraan bij. Via het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie werken we aan een klimaatbestendige en waterrobuuste inrichting van ons beheergebied richting 2050.
Binnen het programma Klimaat & Energie monitoren we de effecten van klimaatverandering op de samenleving. We voeren beleid uit om negatieve gevolgen te beperken, evalueren de effectiviteit van dit beleid en stellen waar nodig nieuw beleid op. De concrete maatregelen die de gemeente neemt op het gebied van klimaatverandering en klimaatadaptatie zijn opgenomen in programma 1 van de programmabegroting.

3. Grote projecten

Omschrijving risico
De gemeenteraad heeft begin 2018 het Uitvoeringsprogramma Voorzien in Vastgoed (VIV) vastgesteld. Dit programma is een lange termijn agenda die aangeeft hoe we onze ambities op het gebied van ons vastgoed willen waarmaken, voor welke accommodaties we op welk moment een investering verwachten en hoe we die bekostigen. Jaarlijks stellen we een concreet Uitvoeringsjaarplan VIV op. We zitten momenteel in een fase waarin veel deelprojecten van plan- naar uitvoeringsfase gaan. Echter, de oplopende bouwkosten door schaarste materialen, stijgende loonkosten en nieuwe duurzaamheidseisen leiden tot forse onzekerheden over budgetten. Dit geldt voor (bijna) alle vastgoedprojecten. Daarnaast zal door nieuwe ontwikkelingen, veranderende omstandigheden en omgevingsfactoren, soms gekozen moeten worden voor nieuwbouw in plaats van renovatie. Bijvoorbeeld door toename of afname van leerlingenaantallen, nieuwe duurzaamheidsvoorschriften of een samenvoeging van meerdere gebouwen.

Oorzaak risico
We zitten momenteel in een fase waarin veel deelprojecten van plan- naar uitvoeringsfase gaan. Echter, de oplopende bouwkosten door schaarste materialen, stijgende loonkosten en nieuwe duurzaamheidseisen leiden tot forse onzekerheden over budgetten.

Mogelijk gevolg
Grotere onzekerheden en hogere bouwkosten leiden tot vertragingen of noodzakelijke aanpassingen in de plannen. Per project moet de afweging gemaakt worden of de geplande renovatie logisch is vanwege de toegenomen kosten tegenover nieuwbouw die het gebouw verder kan optimaliseren en verduurzamen. De hogere bouwkosten zullen leiden tot aanvullende budgetaanvragen.
De onzekerheden leveren ook problemen in de organisatie op. Er is meer inzet nodig om projecten in goed banen te leiden.
Daarnaast kunnen vertragingen en noodzakelijke aanpassingen leiden tot schade aan het imago van de gemeente.

Beheersmaatregel
Alle projecten monitoren we en waar nodig werken we aan alternatieven. Wanneer het risico te hoog wordt kan vermijding optreden (afblazen van projecten). In 2024 heeft de gemeenteraad het normbedrag herijkt. Dit heeft geleid tot een verhoging van de gemiddelde prijs per m2, dit geldt zowel voor nieuwbouw als renovatie. Hiermee zijn de nieuwe normbedragen in het VIV-budget meer marktconform. Voor het projecten nieuwe Cultuurhuisvesting en Werelderfgoedcentrum Schokland zijn de bedragen nog op PM gezet,  daar worden momenteel onderzoeken naar gedaan. Daarnaast zijn in het Perspectief de laatste ontwikkelingen in met name onderwijshuisvesting meegenomen in het VIV-budget. Hierbij ging het om het aanpassen van het aantal leerlingen VO op basis van actuele prognoses en het realiseren van permanente huisvesting voor internationale schakelklassen. Ook zijn er in het VIV-budget nu middelen opgenomen voor het realiseren van nieuwbouw in plaats van renovatie van oude schoolgebouwen. Dit geldt voor dorpen waar de scholen gefuseerd zijn (of traject daartoe doorlopen).

4. Omgevingswet

Omschrijving risico
De Omgevingswet is op 1 januari 2024 in werking getreden. Er vinden nog steeds gesprekken tussen Rijk en VNG over de Omgevingswet plaats op het gebied van financiën en het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Het blijft nodig om als programma boven op de ontwikkelingen rondom de Omgevingswet te zitten en waar nodig en mogelijk bij te sturen. Wijzigingen kunnen van invloed zijn op het integraal werkproces, de inrichting van systemen, het werken met de kerninstrumenten, doorlooptijd van het programma, personele inzet en de financiën.

Oorzaak risico
Ontwikkelen en inzetten Digitaal Stelsel als gevolg van invoering Omgevingswet.

Mogelijk gevolg
[1] Het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) wordt ontwikkeld vanuit het Rijk. Hier zijn we afhankelijk van (tijdige) beschikbaarheid (functionaliteiten) en kwaliteit van het DSO.
Dit is op het moment merkbaar. Per 1 januari 2024 werken we met het DSO maar dit werkt in de praktijk nog niet optimaal. Het DSO wordt de komende jaren doorontwikkeld wat gepaard zal gaan met wijzigingen. Deze wijzigingen werken door in het integraal werkproces, systemen en communicatie.
[2] Uitgangspunt dat de Omgevingswet binnen 10 jaar budgetneutraal moet kunnen zijn ingevoerd, blijkt uit inventarisatie van de VNG niet haalbaar. Dit kan ten koste gaan van de doelen van de wet en doet daardoor mogelijk afbreuk aan de investeringen en inspanningen tot nu toe.

Beheersmaatregel
Voor de genoemde risico's geldt dat de ontwikkelingen rondom de Omgevingswet nauw worden gevolgd en waar nodig op wordt ingespeeld. In de programmabegroting opgenomen incidentele middelen voor transitie en invoering van de Omgevingswet is een post onvoorziene uitgaven opgenomen die aangewend kan worden om de gevolgen van de risico’s die zich onverhoopt voordoen incidenteel op te kunnen vangen.

5. Overbelasting energienetwerk

Omschrijving risico
Het elektriciteitsnet in de Noordoostpolder is de afgelopen jaren steeds voller geraakt. De energietransitie is volop in gang; voor de woningbouw is aardgasloos de norm en de populariteit van zonnepanelen en elektrische auto’s neemt toe. Ook bedrijven zijn bezig met verder elektrificatie van gebouwen en processen. Dit zorgt voor een grotere belasting op het elektriciteitsnet, dan dat momenteel beschikbaar is. Netbeheerder Liander is inmiddels een project gestart om onder andere in de Noordoostpolder het elektriciteitsnet te verzwaren. Dit project wordt naar alle waarschijnlijkheid afgerond in het jaar 2028. Echter is in 2025 gebleken dat naast de verzwaring van het elektriciteitsnet ook onderstation Emmeloord moet worden verzwaard. Liander heeft hierdoor opnieuw netcongestie af moeten roepen over een groot deel van Noordelijk Flevoland. De verwachting is dat voor dat deel, in 2031 pas weer ruimte is voor nieuwe grootverbruik aansluitingen.
Daarnaast wordt door netbeheerder TenneT gewerkt aan de verzwaring van de hoogspanningsnetten, omdat deze ook de limiet van de capaciteit heeft bereikt. In gemeente Noordoostpolder geldt dit voor grote aansluitingen die nodig zijn voor het terug leveren van energie. De benodigde verzwaring van de hoogspanningsnetten zal in de periode 2024 t/m 2031 fasegewijs worden uitgevoerd.

Oorzaak risico
Het elektriciteitsnet in de Noordoostpolder is de afgelopen jaren steeds voller geraakt. De energietransitie is volop in gang; voor de woningbouw is aardgasloos de norm en de populariteit van zonnepanelen en elektrische auto’s neemt toe. Dit zorgt voor een grotere belasting op het elektriciteitsnet, dan dat momenteel beschikbaar is.

Mogelijk gevolg
Voor nieuwe projecten die de gemeente uitvoert zijn deze beperkingen van energiecapaciteit een risico. Bijvoorbeeld voor de bouw van een zwembad, school, MFA of Zorgplein. Vooralsnog levert het aansluiten van woningbouw (klein verbruik) in de gemeente Noordoostpolder geen problemen op, maar de gewenste maatschappelijke voorzieningen in woonwijken lopen het risico niet aangesloten te kunnen worden op het elektriciteitsnet. De norm is dat deze gebouwen aardgasloos zijn. Hierbij wordt vervolgens een beroep gedaan op het elektriciteitsnetwerk. Door de beperking (netcongestie) vraagt dit een aanpassing van het energiesysteem, welke van invloed kan zijn op de planning en doorlooptijd van het project. Ook bij de uitgifte van gronden voor bedrijfskavels bestaat het risico dat bedrijven niet over het gewenste vermogen kunnen beschikken. Dit laatste risico kan invloed hebben op de uitgifte van bedrijfskavels en daardoor van invloed zijn op de (risico-) waardering van de grondexploitaties.
Landelijk is het voornemen om te komen tot een nieuwe energiewet waarbij gemeenten betrokken zullen worden bij de maatschappelijke afweging in welke volgorde de extra gevraagde energiecapaciteit zal worden toegewezen aan de aanvragers. Risico is aanwezig dat tegen die beslissingen zal worden geageerd met mogelijke claims. Om dit risico te beperken wordt gewerkt aan een landelijk afwegingskader voor netbeheerders en overheden.
Overige gevolgen zijn: zonnepanelen moeten worden uitgezet en het niet voldoen aan de norm voor gasloos bouwen voor openbare gebouwen.

Beheersmaatregel
Met betrekking tot de toegang van het energienetwerk is de gemeente faciliterend. Actief wordt daarin de afstemming gezocht en onderhouden met de netwerkbeheerders voor projecten die binnen de gemeente Noordoostpolder in uitvoering zijn.
Op regionaal niveau is binnen provincie Flevoland een EnergyBoard opgericht waarin bestuurders van gemeenten, waterschap en provincie periodiek de actuele situatie bespreken met de netbeheerders TenneT en Liander. Waar nodig en mogelijk worden hier besluiten genomen die nodig zijn om de voortgang van het aanpassingen aan het energienetwerk te borgen.
Onderdeel van deze regionale organisatie is onder andere de TaskForce Netcongestie waarin wordt gewerkt aan de korte termijn oplossingen die netcongestie tegen gaan, zoals Energyhubs. Vanaf 2025 werkt gemeente Noordoostpolder met gemeente Urk en Liander in het actieplan Noordelijk Flevoland actief samen aan de voortgang van de netuitbreiding in Noordelijk Flevoland.
Gemeente levert eveneens proactief haar bijdrage aan voorbereidingen van het op middellange termijn toekomst bestendig zijn van het hoogspanningsnetwerk. Dit betreft onder anderen de 380 kV verbindingen Vierverlaten-Ens en Diemen-Ens.

6. Energiebeschikbaarheid

Omschrijving risico
Door intercontinentale spanningen en het minimaliseren van aardgas uit Groningen, is de levering van aardgas niet meer vanzelfsprekend. Dit zorgt voor een instabiele markt, hogere gasprijzen en zorgt voor een verschuiving in energiegebruik (van gas naar elektrisch). Daarnaast wordt de energiebelasting voor aardgasverbruik ook jaarlijks stevig verhoogd.
Door de toename van elektriciteitsgebruik, wordt het net overbelast wat leidt tot netcongestie. Dit levert aan meerdere kanten schaarste op, wat een prijsopdrijvend effect zal hebben.

Oorzaak risico
Door intercontinentale spanningen en het minimaliseren van aardgas uit Groningen, is de levering van aardgas niet meer vanzelfsprekend.

Mogelijk gevolg
Hogere lasten vanwege hogere prijzen door schaarste.

Beheersmaatregel
De gas- en elektraprijzen monitoren, waar kan gebruik maken van vaste dan wel dynamische contracten en inzet op een lager energieverbruik.

7. Inflatie

Omschrijving risico
Grondstoffen en arbeid worden duurder door meerdere factoren. Dit leidt ertoe dat niet alle ambities binnen initieel budget kunnen worden uitgevoerd. Dit vraagt of om een bijstelling van budgetten, of om aanpassing van de ambities.

Oorzaak risico
Inflatie ontwikkeld zich anders dan voorzien. De inflatie van een specifieke doelgroep, bijvoorbeeld bouw en infra, wijkt sterk af van de nominaal gehanteerde inflatie percentage.  

Mogelijk gevolg
Hogere kosten leiden tot hogere uitgaven. Hogere kosten kunnen leiden tot aanpassing van de ambities, dit kan leiden tot imagoschade indien de verwachtingen niet zijn bijgesteld. Wanneer er in een uitvoeringsplan de eerste stap niet kan worden genomen vanwege budgetproblemen, kan dit vertraging opleveren in de vervolgstappen.

Beheersmaatregel
We houden de ontwikkelingen wat betreft stijgende kosten nauwlettend in de gaten. Ook vragen we vaker offertes bij meerdere partijen om zo een marktconforme prijs te genereren. Tevens stellen we ambities tijdig bij mocht dat nodig zijn en kijken we kritisch of de ambities nog aansluiten bij de markt. Door hier tijdig op te sturen voorkomen we onverwachte (budgettaire) knelpunten waardoor de planning uit zou kunnen lopen. Zonodig wordt er nader gerapporteerd via de maraps om budgetten bij te stellen.

8. Evenwicht tussen middelen Rijk versus overgedragen taken van het Rijk

Omschrijving risico
Afgelopen jaren hebben zich gekenmerkt door verschillende crises. Behoort onzekerheid tot ons bestaan, te stellen is dat die afgelopen jaren duidelijk is toegenomen. Dit uit zich enerzijds in beleidsontwikkelingen van de Rijksoverheid, waarbij taken deels in autonomie en deels in medebewind aan de gemeenten worden opgedragen. Anderzijds uit het zich in het bekostigen door de Rijksoverheid van die overgedragen taken. Ten aanzien van de bekostiging door de Rijksoverheid is recent het gemeentefonds herijkt en wordt deze anders verdeeld over de gemeenten. Gezien de impact is gekozen voor een ingroeimodel tot en met het jaar 2026.
Noodzakelijk is dat ondanks de toename aan onzekerheden een evenwicht aanwezig is tussen de opdragen taken van de Rijksoverheid versus de bekostiging door de Rijksoverheid.

Oorzaak risico
Enerzijdse externe risico's door wijziging van bekostigingsmethodieken en overdracht taken vanuit het Rijk. Anderzijds interne/vermijdbare risico's als irreële gemeentelijke ambities en onjuist invullen van gemeentelijke ambities.

Mogelijk gevolg
Door de toegenomen onzekerheid is de kans op onevenwichtigheid groter geworden. Ondanks dat de gemeente hecht aan voorspelbaarheid en betrouwbaarheid een groot goed vindt voor haar burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven, zal onevenwichtigheid zijn effect hebben. Dit effect kan zich uiten in aanpassing van het gemeentelijke beleid, bijstelling van tarieven waarmee de gemeentelijke dienstverlening dient te worden bekostigd dan wel het doorvoeren van bezuinigingen dat overigens weer effect kan hebben op de beleidsuitvoering.

Beheersmaatregel
Voortzetten van gezond financieel beleid waarbij bestemmingsreserves kunnen worden gevormd en worden ingezet. Invloed aanwenden in VNG-verband ten aanzien van enerzijds beleidsinitiatieven en anderzijds bekostigingsvoorstellen. Als gemeente passende en realistische ambities na te streven.

9. Aansprakelijkheidsrisico contractueel handelen gemeente

Omschrijving risico
Risico voor de financiële gevolgen van een schadeclaim door derden gericht aan de gemeente welke niet zijn gedekt op de gemeentelijke aansprakelijkheidsverzekering.

Oorzaak risico
Aansprakelijkheid door contractueel (privaatrechtelijk) handelen is een uitsluiting op de gemeente aansprakelijkheidsverzekering. Dus kosten uit hoofde van een schadeclaim die verband houdt met contractueel handelen komt voor eigen rekening van de gemeente. Aangezien er geen dekking is, kan ook niet gebruik worden gemaakt van de bemiddeling door de verzekeringsmakelaar in deze schadekwestie.

Mogelijk gevolg
Het gevolg kan zijn dat in voorkomende gevallen de gemeente met een onvoorziene schadelast kan komen te zitten die uit eigen middelen moet worden voldaan. Daarnaast kan er door het contractueel handelen imago schade voor de gemeente ontstaan, indien de gemeente zich niet heeft gehouden aan de contractuele afspraken.

Beheersmaatregel
Een manier om dit risico te verminderen is om in de gemeentelijke contracten zorgvuldige voorwaarden op te nemen gericht op het uitsluiten van een dergelijk risico voor de gemeente. Maar ook hiervoor valt geen standaard tekst te geven omdat dit simpelweg per contract/kwestie/geval verschillend zal zijn.

10. Toename problematische schulden

Omschrijving risico
De afgelopen jaren wordt er een toename van het aantal huishoudens met problematische schulden geconstateerd (CBS, Divosa, Humanitas). Deze stijging vindt ook in de Noordoostpolder plaats. Dit houdt onder meer in dat in de gemeente een toenemend aantal inwoners een beroep doet op schuldhulpverlening bij de gemeente. Daarnaast is er de afgelopen 3 tot 4 jaar een toename van het aantal vroegsignaleringen. Dit zijn signalen die door schuldeisers (verhuurders, verzekeraars, energiemaatschappijen, etc.) aan de gemeente worden gegeven als er sprake is van een (beginnende) betalingsachterstand zodat de gemeente kan proberen te helpen om problematische schulden te voorkomen. Dit is sinds 1 januari 2021 een wettelijke taak van de gemeenten. Er zijn diverse oorzaken voor de stijging van het aantal vroegsignaleringen en de verwachting is niet dat dit op kort termijn minder wordt. Dit heeft mogelijk tot gevolg dat er extra personele inzet nodig is om de meldingen te kunnen behandelen, daarnaast zullen er kosten ontstaan voor externe partners (zoals bijv. het KBNL) en nieuw beleid. Momenteel loopt er ook een landelijke pilot met de belastingdienst (de gemeente Noordoostpolder is hier niet bij betrokken) , waardoor het mogelijk is dat na afloop van deze pilot (over 2 jaar) de belastingdienst ook mee doet aan de vroegsignalering en het aantal melding nog verder toeneemt. Meldingen die niet worden opgepakt kunnen mogelijk leiden tot hogere kosten achteraf (bij toename van de schuldenproblematiek). Daarnaast speelt er vaak meer dan alleen schuldenproblematiek en kan er door vroegsignalering ook preventief worden ingezet op andere hulpvragen.

Oorzaak risico
De afgelopen jaren wordt er een toename van het aantal huishoudens met problematische schulden geconstateerd.

Mogelijk gevolg
Toenemend beroep op schuldhulpverlening bij de gemeente.

Beheersmaatregel
Als deze ontwikkeling doorzet moet de gemeente extra inzet plegen om zo de aantallen huishoudens met problematische schulden zo veel mogelijk te voorkomen (vroeg signalering). Daarnaast is dan extra inzet nodig om de beoogde halvering ter realiseren. Hiervoor kijken we ook kritisch naar het anders inrichten van processen en samenwerking met partners. Het is nog onduidelijk hoeveel de exacte toename aan werk zal zijn, maar de inschatting is dat extra inzet noodzakelijk is (1-2 fte).

Deze pagina is gebouwd op 11/14/2025 10:07:22 met de export van 11/14/2025 08:39:10